Sportblessure
Aan de andere kant van de lijn hoor je een tienermeisje. Ze is erg geschrokken. Jij stelt ze gerust en vraagt wat er aan de hand is. Tijdens de voetbaltraining verzwikte zij haar voet. Zij heeft pijn en denkt dat er een breuk in de voet zit.
Je vraagt door en wilt weten of er een vreemde stand van de voet te zien is. Dat is niet het geval. Mocht er een breuk zitten, dan kan dit geen kwaad. Het kan wachten tot de volgende dag. Je legt uit waarom de patiënt niet meteen naar een huisarts hoeft. Je vertelt dat ze de volgende werkdag meteen terechtkan bij haar eigen huisarts. Die bekijkt de voet en stuurt haar zo nodig door naar het ziekenhuis om een röntgenfoto te laten maken.
Je hangt op, het volgende telefoontje komt meteen binnen.
